zaterdag 10 oktober 2015

"Oet de Tied"



"Oet de Tied


© Bram Ek  "Mag ik ook mee??"

Daar ben ik dan weer.....na een lange stilte. De wereld der vormen vroeg en vraagt om veel aandacht. Onder meer is een zeer gewaardeerde oude vriend (92) eind juli "oet de Tied kommen" zoals dat in Twente genoemd wordt. Onze lieve Bram is over het lijden heen. Maar wij hebben tussendoor ook erg veel lol gehad. Zijn weduwe weet van niets. Zij is al tien jaar zwaar dement en verkeert - zo lijkt het - in een conceptloze staat.

Bram is het mysterie ingegaan, waar hij - dankzij een voorschouw - met vol vertrouwen naar toe ging. Ik heb er mijn wekelijkse bezoeken aan hem met hem de afgelopen 7 jaar nooit heel veel over gesproken. En de ongelovige Thomas die hij was, kreeg desondanks een paar maanden voor zijn definitieve vertrek een schitterend visioen van een onaards blauwe hemel en een absolute -hier ongekende- stilte. De tranen stonden in zijn ogen. Toen hebben wij het over de tijd gehad. Hoe het werkelijk nu voor hem is....?????

De weduwe is er ook niet ver van af en hoe het nu werkelijk daar binnen voor haar is.....?????

De Rishi's of Jnani's spreken wat dat betreft elkaar nogal tegen. Volgens Nisargadatta blijft er geen weten van 'zijn' over. Het Absolute kan zichzelf niet kennen als een ervaring of hoedanigheid. In Eenheid is er geen 'ik' en een ander of wat anders. Het is totale Eenheid of Heiligheid, maar het is geen ervaring van een iemand. Andere keren zei hij dat het het Nirvana is.

Ook anderen spreken over een staat van eeuwige zaligheid. Dus tijdens het leven moet je er alles voor inzetten om Dat te bereiken. Maar waar geen "tied" is, is ook geen ruimte, dus is er geen enkele voorwaarde voor het beleven van iets dat verschilt van jezelf. Dus wie moet wat bereiken???

Wij zullen wel zien wat voor onszelf in het verschiet ligt wanneer wij de drempel over gaan.


Wat de a-Dwaita hier betreft kunnen wij na al het geschrijf niet veel meer doen. De Doener zal spontaan verdwijnen wanneer het de tijd is. En de doener is niet de kenner, maar (de identificatie met) de denker.

Wanneer eenmaal is ingezien dat de kenner, ofwel het kennen van alles wat automatisch gekend wordt in je leven, zelf niet gekend kan worden, is de zoektocht klaar. Elk zoeken beweegt zich af van het Gezochte en wordt derhalve ook onmiddellijk gekend. Zonder het kennen is er niets kenbaars, dus daar ligt de sleutel.

Er zit niemand of niets 'achter' mij als de oorzaak van alles. Zelfs het idee van de noodzaak van een oorzaak is weggevallen. Hoe kan je datgene waarnaar alleen vanuit het denken naar verwezen kan worden, maar zelf geen aanwijsbare kenmerken heeft, conceptueel nog duiden??? Het idee van een oorzaak veronderstelt trouwens gelijk dualiteit.

Ik - het kennen - val(t) er mee samen. Ik weet dat ik ben, maar nooit wat ik ben.

Het is ook de enige staat (die nooit een staat kan zijn) dat geen denken nodig heeft om dat te weten.

Je weet dat bent omdat je weet dat je bent. Er is geen bewijs voor nodig. Trouwens...het moet er zijn voor dat zelfs ook maar de gedachte omtrent de noodzaak van een bewijs zich voordoet.

Het is de realisatie dat je aan de oever staat van de rivier, nog net in dualiteit, maar beseffend dat de bron van het kennen het (nonduale) kennen zelf is. Er is geen rivier meer en geen overkant. En ook die zin moet je vergeten.

Er bestaan geen concepten die dit kunnen omschrijven. Zoals gezegd, Dit Is en heeft noch een kenner nodig en noch beschrijvende kenmerken.

Je bent letterlijk sprakeloos bij deze realisatie. Er is geen gekend object meer en geen kennend subject meer.

Daarom valt er ook niet zoveel meer te schrijven.

Wij zien wel..

Rob