zondag 19 maart 2017

Wie ben ik?....Tsja.........




In wezen zijn er geen leraren en leerlingen. Die zijn er alleen op het vlak van de woorden, van taal. Dus van denken. Zonder taal geen denken.

En hoe gemakkelijk is dat te doorzien. Je hoeft alleen maar gedachten, ofwel een rij woorden (een sequentie van klanken die wij geleerd hebben als woorden te herkennen), bewust waar te nemen. Dan zie je dat die woorden allemaal herkend worden, omdat zij allemaal jou zijn aangeleerd en van een betekenis en beeld/geur/smaak/gevoel zijn voorzien. Een boom is een boom en geen stoel, niet waar?

Concepten zijn allemaal voorwaardelijke betekenis-dragers. De vaste volgorde van de klanken zijn je aangeleerd, gelijk met de betekenis die dat pakketje heeft verworven in de taal die kent.

En is er onduidelijkheid over de betekenis van die klanken-pakketjes (begrippen, concepten, woorden) dan kunnen er misverstanden (het verkeerd verstaan) ontstaan. En die geven weer aanleiding tot discussies die er op gericht zijn weer helderheid te krijgen over de betekenis van de samengestelde klanken of juist het tegendeel er van.

De spirituele weg ontkomt ook niet aan dit duale verschijnsel. Er wordt gezocht, er wordt gekocht en wat je overhoudt is een gedrocht. Een leer, een geloof, iets wat wil bewijzen dat jij gelijk hebt en anderen niet. En wanneer er geschillen zijn over de begrippen en betekenissen dan zijn geschillen en uiteindelijk oorlogen niet ver meer.

En dat allemaal komt omdat in de gepercipieerde wereld der vormen, tegenstellingen (van welke aard dan ook) de noodzakelijke motor zijn van veranderingen, van groei, van identificatie en het losmaken daar van. Alles wat ontstaat moet onontkoombaar ook weer verdwijnen om bijvoorbeeld ruimte te maken voor efficiëntere vormen of juist het tegendeel daar van. Het moet schuren en botsen want daarin en daardoor ontstaan nieuwe vormen.

Dat allemaal is gelijk het probleem bij de zoektocht naar wie je werkelijk bent. Die zoektocht kan alleen plaatsvinden te midden van tegenstellingen. Je denkt iets te missen en je gaat op zoek waar dat is.

Daarmee verlaat je (blijkt helemaal aan het einde van het zoeken) het Huis waar je al die tijd al in leefde en je kijkt naar buiten naar het nieuwe doel dat je je hebt gesteld. Dan ga je op pad, de zoektocht naar de oplossing. Dat kost tijd om dat te vinden, dus in plaats van het berusten in het gevonden laten worden, ga je in de jou toegemeten ruimte actief tijd creëren teneinde het tijdloze te realiseren.

Zelfs de begrippen die uitgevonden zijn om het Tijd- en Ruimteloze te labelen en te omschrijven zijn een hindernis om het Uiteindelijke -altijd Hier en Nu zijnde- te realiseren.

Het verschilt niet van jou, dat ‘deel’ wat niet kenbaar is. Het Gezochte was er al toen je bewust werd van jouw aanwezigheid hier op aarde (waar je destijds nog geen idee van had) en het bleef er bij elke hoopgevende stap, bij elke mislukking en bij elke bijstelling van het doel van jouw zoektocht.

En die ik of jou worden en blijven ook continu gekend door een onkenbare kenner.Hoe je ook kijkt, de kenner zal je niet vinden, want die ben je zelf. Als de kenner en niet als het denk-ego.

En zodra je dàt hebt doorzien is de zoeker klaar. Je hebt alleen maar verschijnende en verdwijnende vormen ontmoet in de zoektocht. Je bent nog steeds actief in die wereld die constant verandert, waarin het doel zich steeds onttrekt aan elke vorm van waarneming.

Totdat je door krijgt (van wie of wat?) dat het kennen dus de absolute voorwaarde is van alle bestaan. Zonder het kennen valt er niets te ontwaren. Dan is er geen weet van een iemand in een wereld vol tegenstellingen.

Je wilt af van die tegenstellingen en de enige oplossing is dus te verdwijnen in of liever samen te vloeien met dat onveranderlijke dat ziet.

En ook dat is wat een iemand zelf niet kan bewerkstelligen. De schijngestalte kan zijn zijn eigen schijn aanwezigheid niet zelf oplossen. Het gebeurt wanneer het gebeurt.

Je kan spelen met taalloze momenten en dan ervaren wat overblijft. Dat wat onbenoembaar is. En wat onkenbaar is ziet keuzeloos toe..... Maar zodra je dat weer als middel tot een doel stelt wordt het weer een hopeloze onderneming in tijd en ruimte.